Mijn schoonzus Tiny de Liefde-van Brakel is historica kunstgeschiedenis en heeft een aantal zeer boeiende werken geschreven over schilders, meest van de Haagse School.
‘De Piratenwerkplaats’ is haar eerste roman en speelt in de 17e eeuw in Delft. Het gaat over het roerige leven van schilder en tapijtwever Karel van Mander.
En ik heb de omslag en illustraties binnenin mogen maken.
Het is uitgegeven door Eburon in Delft. Paul Kerrebijn
De echte kunstenaars onder mijn vrienden zeggen vaak tegen mij: ‘Jij maakt plaatjes, jij bent geen kunstenaar’. Dat ben ik natuurlijk ook niet en dat wil ik ook nooit worden.
Een echte kunstenaar schildert vanuit zijn onbegrepen innerlijk, zijn passie, zijn onderbuik. Wat er binnenin hem woelt wil er uit en dat lukt vaak niet. Daar wordt hij niet blij van. Maar hij koestert zijn lijden, zijn pijn is zijn inspiratie. Daar heb ik geen last van.
Het lelijkste woord dat een echte kunstenaar kent luidt: ‘COMMERCIE’.
Als je van die lullige tekeningetjes een goed leven leidt en er ook nog veel plezier aan beleeft, ben je toch wel heel diep gezonken.
Je misbruikt Kunst zoals Andre Rieu zijn zakken vult met klassieke deuntjes.
‘Dierbare vrienden, jullie hebben helemaal gelijk, ik buig beschaamd het hoofd en spaar intussen ook voor een klein kasteeltje.
